VAKTAAL deel 12: De turbo
- Gepubliceerd in Vaktaal
In onze rubriek VAKTAAL vragen we iedere maand onze autovakman Jan Peter Huizinga van Autobedrijf Huizinga in Hoogkerk, iets te vertellen uit de praktijk van het garagebedrijf. Deze keer is het onderwerp de turbo.
Een turbo is een onderdeel dat ervoor zorgt dat er meer (gecomprimeerde) lucht in de verbrandingsruimte van de motor komt. Dit betekent dat er lucht in de motor geduwd wordt en niet aangezogen zoals bij een motor zonder turbo. Deze turbodruk zorgt voor een verbetering van de cilindervulling (drukvulling). Hierdoor kan er meer brandstof ingespoten worden en krijgt de motor dus meer vermogen.
Een turbo wordt aangedreven door de uitlaatgassen met behulp van een schoepenwiel. Dit schoepenwiel is verbonden aan een as. Aan het uiteinde van deze as zit ook weer een schoepenwiel gemonteerd die de lucht in het inlaatsysteem ‘aanduwt’. In dit geval spreekt men dus van drukvulling.
De turbo moet niet te veel druk leveren omdat dan schade kan ontstaan in de motor, daarom is er een waste-gate (overdrukklep) geplaatst om de overtollige druk af te voeren als dit nodig is. Tegenwoordig passen ze verschillende technieken toe (zoals bijvoorbeeld verstelbare schoepenwielen) om de turbo zoveel mogelijk te laten werken op alle toerentallen.
Aangezien de schoepenwielen veel toeren maken (tot wel 200.000 t/min is ongeveer 1350 km/h! ) is het van erg groot belang dat de smering van de as van groot belang is. Dit wordt o.a. verzorgd door de motorolie. Zorg ervoor dat de motorolie dus regelmatig ververst wordt en dat het olieniveau altijd goed is. Ook de kwaliteit van de olie is van groot belang, uw garage kan u hierbij goed advies geven.
Om de levensduur van een turbo te verlengen is het aan te raden om de auto ongeveer 20 sec stationair te laten draaien, voor u de auto uitzet.