Menu

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 21: Diagnose van een Mercedes-Benz E200 van bouwjaar 2006
Adem in, adem uit..............

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een Mercedes-Benz E200 van bouwjaar 2006 met een 1796 cm3 benzinemotor die over het algemeen niet aanslaat of kort aanslaat en dan weer afslaat.  De Mercedes-Benz is uitgerust met een achteraf inbouw LPG installatie en heeft enkele maanden stil gestaan waarbij er gedurende de stilstandperiode minimaal één keer per week gestart is en de motor stationair  gedraaid heeft.

Het garagebedrijf welke dit voertuig bij ons aanbiedt geeft aan dat de bougies en bobines vervangen zijn. Dit had geen gevolg voor de storing. Zoals altijd starten we ons onderzoek met een volledige voertuigscan.  Hieruit komen geen meldingen naar voren die gerelateerd zouden kunnen zijn aan de storing. We slaan de voertuigscan op en wissen de meldingen in alle systemen. Als we de motor starten gaat de startmotor rond, maar de motor slaat niet aan. We herhalen deze handeling een aantal keer met dito resultaat. Als we het  foutgeheugen van de motorregeleenheid bevragen blijft deze leeg. Kennelijk "ziet" de motorregeleenheid geen afwijkingen.

Afbeelding1-7

Afbeelding 1

Om een beeld te krijgen van hetgeen er tijdens het starten gebeurt, voeren we enkele metingen uit met de oscilloscoop. In afbeelding 1 staat een van die metingen weergegeven. We zien een krukassignaal (rood), beide nokkenassignalen (geel en groen) en aansturing van injector 1 (blauw). Middels een andere meting zien we ook een aansturing van de bobine. Omdat we een oscilloscoopmeting van het krukassignaal en beide nokkenassignalen hebben, kunnen we de distributietiming van deze Mercedes-Benz controleren op basis van osciloscoopmetingen. Hieruit komt naar voren dat de distributie op tijd staat. Omdat bobines en injectoren aangestuurd worden en de motor op tijd staat, besluiten we de brandstofdruk te meten. We zien dat deze binnen 0,3 seconden een drukopbouw van 3,75 bar heeft tijdens starten en deze druk vasthoudt.

Afbeelding2-4

Afbeelding 2

Omdat uit de combinatie van de basismetingen volgt dat er ontsteking plaats heeft en er brandstof geïnjecteerd wordt, besluiten we een drukmeting in de cilinder uit te voeren tijdens starten. Tijdens zo'n meting registreren we de druk in de cilinder tijdens de arbeid-, uitlaat en inlaat- en compressieslag. Zo'n drukmeting geeft indirect inzicht in het functioneren van de inlaat- en uitlaatkleppen en de zuigerveren. Een voorbeeld van zo'n meting met weergave van de vier slagen staat weergegeven in afbeelding 2.

Afbeelding3-2

Afbeelding 3

In afbeelding 3 staat de drukmeting (groen) die we uitgevoerd hebben bij deze Mercedes-Benz in  cilinderruimte 1 in combinatie met het krukassignaal (rood) en de aansturing van injector (geel) en bobine (blauw). De paars omkaderde gebieden geven de druk in cilinder 1 tijdens de uitlaatslag aan. Het gemeten  voltage van de druksensor is dan 0.255 Volt. Dit komt overeen met een druk van 1.76 Bar. Deze druk is te hoog voor de uitlaatslag en wijst op een restrictie in de uitademing. Zo'n restrictie kan veroorzaakt worden door een foutieve aansturing van de uitlaatkleppen of een restrictie in het uitlaatsysteem.

We besluiten om de uitlaat los te halen direct na de katalysator. Na deze handeling slaat de motor aan en laat de drukmeting in de cilinder een "vrije" uitademing zien. Ons werk zit erop en onze opdrachtgever gaat zelf aan de slag om te achterhalen waar de restrictie zich exact bevindt in de uitlaat.

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te  verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!
www.autodiagnose.eu

Lees meer...

AUTODIAGNOSE.EU

Praktijkgeval 20: Diagnose van een Mazda MX5 met motorcode B6D van bouwjaar 2001

Een simpel systeem dat tot hoofdbrekens leidt.......

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een Mazda MX5 van bouwjaar 2001 met een 1.598 cm3 indirect ingespoten verbrandingsmotor met motorcode B6D die af-en-toe niet aanslaat.

Het garagebedrijf welke dit voertuig bij ons aanbiedt heeft de brandstofpomp en de krukas- en nokkenassensor al vervangen. Dat had geen invloed op de storing. Zoals altijd starten we ons onderzoek met een volledige voertuigscan. Hieruit komen geen meldingen naar voren die gerelateerd zouden kunnen zijn aan de storing. Dit is, gegeven het bouwjaar van de Mazda niet zo vreemd. De zelf-diagnose van motormanagementsystemen van deze generatie is vaak Spartaans met als gevolg dat af-en-toe storingen zelden tot foutmeldingen leiden die herleidbaar zijn naar de oorzaak van de storing.

De storing blijft de eerste paar dagen uit. Uiteindelijk slaat de motor dan een keer niet aan.

We voeren metingen uit en zien dat:
-> het krukas-, nokkenas- en het luchtmassametersignaal overeenkomt met de signalen als de motor wel aanslaat,
-> de voedingen en massa's van de motorregeleenheid in orde zijn en
-> de bobines aangestuurd worden.

Wat we echter ook zien is dat de injectoren niet aangestuurd worden, maar wel van voeding voorzien worden. In afbeelding 1 staat een opname van het krukassignaal (rood), het nokkenassignaal (geel), de aansturing van de bobine (groen) en het uitblijven van de aansturing van de injectoren (blauw).

afbeelding1-6

Afbeelding 1

We verleggen onze aandacht naar de aansturing van de injectoren en voeren een meting uit bij de connector van de motorregeleenheid en de injectoren zelf. Die meting laat exact hetzelfde beeld zien; geen aansturing van de injectoren. Door deze meting kunnen we de bedrading tussen de injectoren en de motorregeleenheid wegstrepen als verdacht. 

Wat is er dan aan de hand?
Er is een reden waarom de injectoren niet aangestuurd worden. Die reden is niet het krukas-, nokkenas- of luchtmassametersignaal, ook niet de voedingen en massa's van de motorregeleenheid en ook niet de  bedrading tussen de injectoren en de motorregeleenheid. Om toch te achterhalen wat de oorzaak van het niet aansturen van de injectoren is, proberen we manipulaties uit te voeren om te zien hoe de motorregeleenheid daarop reageert:
-> als we de distributietiming van de motor aanpassen (uiteraard elektronisch en niet mechanisch) leidt dit tot het ontbreken van de aansturing van de injectoren, maar ook het ontbreken van de aansturing van de bobines. Geen match met onze situatie.
-> als we de startblokkering niet vrijschakelen wordt de startmotor niet aangestuurd; eveneens geen match met onze situatie.

We besluiten tot een brainstormsessie met ons team om niet-voor-dehand-liggende-redenen te bedenken waarom de injectoren tijdens de storing niet aangestuurd worden. Tijdens die sessie oppert Sven dat er bij dit soort oudere voertuigen waarbij de gasklep bediend wordt met een gaskabel, de injectoren soms uitgeschakeld worden als tijdens het starten het gaspedaal volledig bediend wordt. Dit is bij deze oudere auto's zo geimplementeerd omdat er dan compressie gemeten kan worden zonder dat er brandstof in de cilinders geinjecteerd wordt.

Tijd om deze hypothese te toetsen;
we bedienen we het gaspedaal voordat we starten en laten het gaspedaal tijdens het starten en niet aanslaan los. Dit leidt tot een gelijke situatie als bij de storing; geen aansturing van de injectoren, wel aansturing van de bobines. 

De hoofdverdachte is nu in beeld; de standmelding van de gasklep.
Als we deze bemeten tijdens de storing stellen we vast dat het signaal van de standmelding een offset heeft. Zakt deze offset tijdens het starten van de motor richting het niveau "gaspedaal niet bediend" dan vindt meteen aansturing van de injectoren plaats en slaat de motor aan (zie afbeelding 2).

afbeelding2-3

Afbeelding 2

De Mazda gaat terug naar de opdrachtgever met als reparatieadvies: vervang de gasklepstandsensor.

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te  verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!
www.autodiagnose.eu 

Logo Autodiagnose eu

Lees meer...

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 19: Diagnose van een Ford Ka 1.2 met motorcode 169A4000 van bouwjaar 2009

ECU (Engine Control Unit) defect?

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een Ford Ka 1.2 met motorcode 169A4000 van bouwjaar 2009 waarvan de startmotor dienst weigert.

Deze Ford is aangeboden bij een schadehersteller in verband met schade aan de achterzijde. Nadat de schade keurig hersteld was is de Ford bij de eigenaar afgeleverd. Enige tijd na aflevering krijgt het schadeherstelbedrijf een telefoontje van de eigenaar, deze wil met de Ford op pad, maar de startmotor weigert dienst. 

Het schadeherstelbedrijf haalt de Ford op en voert enkele basiscontroles uit. Uit de basiscontroles komen geen zaken naar voren die een relatie hebben met de startmotor welke dienst weigert. Ook de achterschade lijkt geen relatie met de klacht te hebben. Wat het schadeherstelbedrijf opvalt is dat het startonderbrekerslampje blijft branden en dat de motorregeleenheid niet benaderbaar is met het diagnoseapparaat. Het schadeherstelbedrijf biedt daarop de Ford bij ons aan voor verder onderzoek.

We starten ons onderzoek met een volledige voertuigscan. Het lukt ons niet om de motorregeleenheid te benaderen. Enkele ander regeleenheden zoals de ABS regeleenheid en de centrale elektronica zijn wel benaderbaar maar ondervinden hetzelfde probleem als ons diagnoseapparaat; zij krijgen geen contact met de motorregeleenheid.

De foutmeldingen die gezet worden zijn:
->ABS 8.0 var 3: D701 CAN bericht motorstuurapparaat foutief;
->Centrale elektronica ZE 4.1: U1701 Communicatie met motormanagement foutief.

afbeelding1-5

Afbeelding 1

Uit het bedradingsschema (zie afbeelding 1) volgt dat er twee relais betrokken zijn bij de aansturing van de startmotor. Een van die relais wordt aangestuurd door de motorregeleenheid (massaschakeling). Omdat de motorregeleenheid niet benaderbaar is parkeren we de controle van de relais. Allereerst dient de motorregeleenheid benaderbaar te zijn.

afbeelding2-6

Afbeelding 2

We beginnen met controles van de voeding van de motorregeleenheid. De permanente voeding (afbeelding 2, paarse cirkel) en de contact geschakelde voeding (afbeelding 2, rode cirkel) zijn in orde. De  systeemrelaisgeschakelde voedingen (afbeelding 2, oranje cirkel) zijn niet in orde. Deze hebben een spanning van 2.3 V. Bekrachtigen we het systeemrelais (afbeelding 2, K04) handmatig dan is de systeemrelais-geschakelde spanning in orde maar de motorregeleenheid is dan nog steeds niet benaderbaar. Controle van de CAN bus verbinding (afbeelding 2, blauwe cirkel) laat correcte CAN bus boodschappen zien. 

ECU DEFECT ???
Voordat we die conclusie trekken controleren we eerst de massaverbindingen. B5, B6, B21 en B22 zijn de massaverbindingen van de ECU. Als we deze meten ten opzichte van accu plus is de spanning 0V en niet - 12V zoals we zouden verwachten. Metingen ten opzichte van accu min laten een spanning van 12V zien.

Wat is hier aan de hand? 
Als we op het schema de massaverbindingen volgen staat er aangegeven dat de massaverbindingen van B5, B6, B21 en B22 verbonden zijn met de massa motorblok. Controle van de massa motorblok laat zien dat deze niet verbonden is met accu min. Een visuele inspectie van de massakabel die verstopt zit onder accu bevestigingsplaat laat in een keer de oorzaak van het falen zien (zie afbeelding 3); een gescheurde  massakabel.

afbeelding3-6

Afbeelding 3

Na herstel van de massakabel werkt de Ford weer naar behoren; een geluk bij een ongeluk, de motorregeleenheid lijkt geen schade te hebben opgelopen van de klapperende massaverbinding als gevolg van de scheur in de massakabel.

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te  verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!
www.autodiagnose.eu 

Lees meer...

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 17: Diagnose ontstekingsstoring bij Ford Ka 1.2 met Fiat-motor en motorcode 169A4000 (bwj. 2016)

Vermoeden van garagist wordt bevestigd!

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een ontstekingsstoring in een Ford Ka 1.2 met een Fiat motor met motorcode 169A4000 van bouwjaar 2016 met ruim 30 duizend kilometer op de teller. De eigenaar ondervindt regelmatig vermogensverlies en onrond lopen van de motor. Het garagebedrijf dat deze auto in behandeling neemt heeft op basis van de foutcodes de bedrading en connectoren gecontroleerd en de bobine en bougies vervangen. De storing bleef na deze handelingen enkele dagen uit om daarna alsnog de kop op te steken. Omdat de garagist vermoedt dat de motorregeleenheid defect is wordt de auto bij ons aangeboden voor een eenduidige vaststelling van de oorzaak.

We lezen de Ford bij binnenkomst uit en daaruit komen de volgende foutmeldingen naar voren: 
* P0352 Bobine B primair/sekundair Onderbreking/massasluiting
* P0353 Bobine C primair/sekundair Onderbreking/massasluiting

We wissen de foutcodes en blijven de Ford gedurende enkele dagen aan de tand voelen. De storingen blijven in eerste instantie uit, maar steken dan toch 's ochtends een keer bij een koude start de kop op. Als de storing optreedt horen we de motor onrond lopen en worden de storingen P0352 en P0353 in het foutgeheugen gezet.

Om een beter beeld te krijgen bij hetgeen zich afspeelt tijdens de storing sluiten we de oscilloscoop aan. We maken er een totaal-opname van (zie afbeelding 1):
* het krusassignaal (rood 1)
* het nokkenassignaal (geel 1)
* de massaschakelingen van bobine
1, 2, 3 en 4 (groen, lichtblauw, donkerblauw en oranje)
* de voeding van de bobine (rood 2)
* de massa van de bobine (geel 2)

afbeelding1-4

Afbeelding 1-4

Daarnaast berekenen we uit het krukassignaal (rood 1) het toerental van de motor (paars). Het berekende toerental uit het  krukassignaal (paars) laat tussen 2 bobine aansturingen op een cilinder - dit staat gelijk aan 2 krukasomwentelingen - 4 toerentalversnellingen (pieken) zien als gevolg van de arbeid in cilinder 1, 3, 4 en 2.

Als we naar afbeelding 1 kijken, dan zien we bij de onsteking van bougie 1 (groen) en 4 (oranje) een versnelling van het toerental van de krukas (paarse lijn stijgt). Kijken we naar de ontsteking van bougie 2 (lichtblauw) en bougie 3 (donkerblauw) dan zien we dat de paarse lijn niet stijgt, maar daalt. Dit betekent dat het toerental afneemt terwijl deze toe zou moeten nemen als gevolg van de arbeidsslag. Het ontbreken van de arbeid (daling paarse lijn) is te beredeneren, zodra de motorregeleenheid P0352 en P0353 zet, staakt de motorregeleenheid de aansturing van injector 2 en 3 om te voorkomen dat onverbrande benzine de cilinderruimte verlaat om alsnog in de katalysator te verbranden.

Wat nog steeds een vraagstuk is, waarom worden de massasluiting fouten P0352 en P0353 gezet als we geen afwijkingen zien voor wat betreft de aansturing van bobine 2 en 3 zodra de storing optreedt? Ons is bekend dat massasluiting storingen worden gezet als de voeding van een actuator weg valt. In dit geval, bij "geen aansturing" van de bobine, verwacht de motorregeleenheid een spanning van 12V op de aanstuurdraad van de bobine. Uit onze metingen volgt dat voor, tijdens en na de storing de spanning van de aanstuurdraden van bobine 1, 2, 3 en 4 (groen, lichtblauw, donkerblauw en oranje in afbeelding 1) intact blijft.

Ook in de aansturing zien we op het moment van het optreden van de storing GEEN afwijking. Daarentegen zelfs, we zien dat de motorregeleenheid alle 4 de bobines correct blijft aansturen en dat er ook daarwerkelijk een vonk geproduceerd wordt op alle vier de bougies. Dit laatste is zichtbaar als we inzoomen op de massaschakelingen van bobine 1, 2, 3 en 4 in afbeelding 4. Een uitvergroting van zo'n massaschakeling staat weergegeven in afbeelding 2 met een toelichting van de toestanden.

afbeelding2

Afbeelding 2

Onze conclusie
Op basis van de informatie uit onze oscilloscoopmeting, gecombineerd met de werking van het systeem en onze expertise komen we tot de conclusie dat de storing intern de motorregeleenheid plaats heeft. We vervangen daarop de motorregeleenheid door een gebruikte motorregeleenheid. Onze conclusie wordt door de praktijk bevestigd: de Ford rijdt alweer enkele weken storingsvrij rond.

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!

Van storing naar gerichte reparatie!
www.autodiagnose.eu 

Lees meer...

Autodiagnose.eu viert haar 10-jarig bestaan!

  • Gepubliceerd in Pro

En daar zijn we trots op! In 2010 hadden Asim en Wendy Saglam als Automotive buitenstaanders een vernieuwende visie op het diagnosticeren van complexe storingen in voertuigen en nu, 10 jaar later, staat er een bedrijf dat dagelijks invulling geeft aan die visie.

Terugkijkend op die 10 jaar hebben we onze visie met veel passie en gedrevenheid steeds scherper geslepen en stevig neergezet; onze kernactiviteit is het verrichten van onderzoek naar de oorzaak van complexe storingen in voertuigen, ons product is een reparatieadvies en we factureren onderzoekskosten. 

Drie uitgangspunten hebben een belangrijke bijdrage geleverd aan de vorming van Autodiagnose.eu; de (1) competenties, (2) werkomgeving en (3) hoogwaardige apparatuur om onderzoek te verrichten naar de oorzaak van complexe storingen in voertuigen zijn beduidend anders dan die om reparaties en onderhoud te verrichten aan diezelfde voertuigen. Daarom ondersteunt Autodiagnose.eu automotive bedrijven vanuit een samenwerking; onze klanten doen waar zij goed in zijn, wij doen waar wij goed in zijn en samen sterk met een fantastisch resultaat voor de klant van onze klanten! 

En de toekomst?
De inspanningen voor het diagnosticeren van een storing zal een steeds significanter deel uitmaken van de kosten voor het verhelpen van een storing. Daarnaast zullen softwarematige handelingen een steeds grotere rol spelen bij het repareren van voertuigen. Bedrijven die de befaamde "Throwing parts at the problem" aanpak bezigen zullen verdwijnen. 

Wij gaan de uitdaging graag aan en kijken uit naar het komende decennium; steeds complexer wordende vraagstukken bij storingen in voertuigen die in sneltreinvaart doorontwikkelen.

Van storing naar gerichte reparatie!
Autodiagnose.eu
A. Plesmanlaan 24
9615 TH Kolham
www.autodiagnose.eu 

Lees meer...

Autodiagnose.eu viert haar 10 jarig bestaan!

Autodiagnose.eu viert haar 10 jarig bestaan!

En daar zijn we trots op! In 2010 hadden Asim en Wendy Saglam als Automotive-buitenstaanders een vernieuwende visie op het diagnosticeren van complexe storingen in voertuigen en nu, 10 jaar later, staat er een bedrijf dat dagelijks invulling geeft aan die visie.

Terugkijkend op die 10 jaar hebben we onze visie met veel passie en gedrevenheid steeds scherper geslepen en stevig neergezet; onze kernactiviteit is het verrichten van onderzoek naar de oorzaak van complexe storingen in voertuigen, ons product is een reparatieadvies en we factureren onderzoekskosten.

Drie uitgangspunten hebben een belangrijke bijdrage geleverd aan de vorming van Autodiagnose.eu; de (1) competenties, (2) werkomgeving en (3) hoogwaardige apparatuur om onderzoek te verrichten naar de oorzaak van complexe storingen in voertuigen zijn beduidend anders dan die om reparaties en onderhoud te verrichten aan diezelfde voertuigen. Daarom ondersteunt Autodiagnose.eu automotive bedrijven vanuit een samenwerking; onze klanten doen waar zij goed in zijn, wij doen waar wij goed in zijn en samen sterk met een fantastisch resultaat voor de klant van onze klanten!

En de toekomst? De inspanningen voor het diagnosticeren van een storing zal een steeds significanter deel uitmaken van de kosten voor het verhelpen van een storing. Daarnaast zullen softwarematige handelingen een steeds grotere rol spelen bij het repareren van voertuigen. Bedrijven die de befaamde "Throwing parts at the problem" aanpak bezigen zullen verdwijnen.

Wij gaan de uitdaging graag aan en kijken uit naar het komende decenium; steeds complexer wordende vraagstukken bij storingen in voertuigen die in sneltreinvaart doorontwikkelen.

Van storing naar gerichte reparatie!

Autodiagnose.eu
A. Plesmanlaan 24
9615TH Kolham
www.autodiagnose.eu

Lees meer...

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 16: Diagnose accu/dynamo-storing in een Renault Twingo 0.9 met motorcode H4B (bouwjaar 2014)

Reanimatie Twingo verloopt niet zonder kleerscheuren!

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een accu/dynamo-storing in een Renault Twingo 0.9 met motorcode H4B van bouwjaar 2014. De eigenaar heeft de auto starthulp gegeven. Dat lukte eerst niet met de starthulp vanuit een andere auto en later wel met een accubooster. Daarna liep de motor weer, maar gaf de auto een laadstoring aan. Daarop is in eerste instantie de dynamo vervangen door een garagebedrijf. Omdat dit geen oplossing bood is de auto aangeboden bij een ander garagebedrijf. Dat bedrijf heeft na enkele basiscontroles de auto bij ons aangeboden voor verder onderzoek.

Als de auto bij ons binnenkomt lezen we deze eerst uit. Daaruit komen de volgende foutmeldingen naar voren in de zekeringkast motorruimte:
-> B120F Comm met dynamo fout in datatransport;
-> B1211 Accu-scheidingsrelais kortsluiting naar massa;
-> B1211 Accu-scheidingsrelais onderbreking;
-> B1221 Stroomkring regeleenheid massa 1 kortsluiting naar massa;
-> B123A Accu interne regeleenheidfout;
-> B1266 Start-/stop-systeem fout in datatransport;
-> B1267 Start-/stop-systeem signaal ongeldig.

Alle foutcodes met uitzondering van B1221 zijn al actief op contact en kunnen niet gewist worden. Via de diagnosesoftware zetten we de regeleenheid "zekeringkast motorruimte" softwarematig terug en resetten we de interne regeleenheidsbescherming. Beide softwarematige handelingen hebben geen effect op de storingen.

We vervolgen het onderzoek vanuit de foutcode B120F. Een controle van de LIN bus communicatie laat zien dat de dynamo niet communiceert met de auto. Omdat deze, in een poging de storing te verhelpen, vervangen is, controleren we de onderdeelnummers.
Volgens Partslink dient de dynamo onderdeelnummer 231003101R te hebben
(zie afbeelding 1).

afbeelding1-4-web

Afbeelding 1

De gemonteerde dynamo heeft echter onderdeelnummer 231006007R-A. Het onderdeelnummer van de gemonteerde dynamo is echter grijs gemarkeerd in Partslink en zou dus niet op deze auto horen (zie afbeelding 2).

afbeelding2-4-web

Afbeelding 2

Navraag bij de Renault dealer en bij een onderdelenleverancier levert op dat de gemonteerde dynamo wél op deze Twingo toegepast mag worden. We besluiten om het dynamovraagstuk te parkeren en onze focus te verleggen naar de andere storingen. 

[Accu-scheidingrelais?]
Bij de omschrijving van de foutcode B1211 verwachten we bij de omschrijving "accu-scheidingsrelais" een accuklem met pyrofuse die vanuit het airbagsysteem ontkoppelt kan worden bij een aanrijding. Deze is echter niet aanwezig op dit voertuig. Uiteindelijk komen we erachter dat het diagnoseapparaat met de omschrijving "accu-scheidingsrelais" de accusensor op de minpool van de accu bedoeld (zie afbeelding 3).

afbeelding3-4-web

Afbeelding 3

Deze accusensor is middels een stekker met twee draden verbonden met de Twingo. Op een van de twee draden staat een voeding van 12V en op de andere draad communiceert de accusensor via LIN-bus met de energiemanagement regeleenheid. Als we de voeding controleren, dan is deze afwezig. Uit de bedradingsschema's volgt dat de voeding vanuit de zekeringkast onder het handschoenvakje vandaan komt. Daar blijkt de zekering gesprongen. Als we deze vervangen blijft deze heel en is er voeding aanwezig op de accusensor. 

Als we de foutgeheugens dan weer bevragen, zijn de volgende storingen nog actief:
-> B1211 Accu-scheidingsrelais kortsluiting naar massa (*);
-> B123A Accu interne regeleenheidfout (*);
-> B1266 Start-/stop-systeem fout in datatransport (*);
-> B1267 Start-/stop-systeem signaal ongeldig (*).

De foutmeldingen:
-> B120F Comm met dynamo-fout in datatransport;
-> B1211 Accu-scheidingsrelais onderbreking;
-> B1221 Stroomkring regeleenheid massa 1 kortsluiting naar massa; 
zijn verholpen door het herstellen van de voeding van de accusensor.

Nu de accusensor weer benaderbaar is, zien we in de meetwaarden dat deze aangeeft dat deze een spanning van 15.9 Volt aangeeft en een laadstroom van 203 Ampère. Dit komt niet overeen met de werkelijkheid, de auto staat op contact en het gros van de verbruikers staat uit. Op basis van alle informatie die we hebben, vermoeden we dat de Twingo op een verkeerde wijze starthulp heeft ontvangen, waardoor de zekering van de accusensor is gesprongen, maar waardoor ook de accusensor zelf een defect heeft
opgelopen.

We besluiten om de accusensor te vervangen. Nadat deze is vervangen, is de Twingo foutcode-vrij en alles werkt weer naar behoren, zo ook de dynamo met het volgens Partslink onjuiste onderdeelnummer! De Twingo is nu al enkele maanden storingsvrij onderweg. De dealer en de onderdelen-leverancier hadden het dus bij het juiste eind: de gemonteerde dynamo kan wel toegepast worden in deze Twingo. 

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!
www.autodiagnose.eu 

Lees meer...

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 15: diagnose inlaattraject storing in een Ford Focus 1.6 TDCI bouwjaar 2013

Een storing bij forse belasting!

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een inlaattraject storing in een Ford Focus 1.6 TDCI met motorcode NGDB van bouwjaar 2013. Na het vervangen van de distributieriem heeft deze Ford een storing bij forse belasting. 

De Ford is bij het garagebedrijf aangeboden voor een grote beurt en een distributieriem vervanging. Na uitvoeren van deze werkzaamheden heeft het garagebedrijf een proefrit gemaakt. Daarbij is vastgesteld dat de Ford bij een forse belasting in noodloop gaat met de volgende storingen:
* P006A-00 Inlaatspruitstuk druk geen overeenstemming
* P1102-21 Luchtmassameter signaal te laag

Omdat een mechanische controle van de distributietiming geen afwijkingen laat zien wordt de Ford bij ons aangeboden voor nader onderzoek. Voor een eerste oriëntatie gaan we met de auto rijden waarbij we de meetwaarden via het diagnoseapparaat monitoren, om vast te stellen wat er gebeurt bij het optreden van de storing. In afbeelding 1 staat een van deze opnames. Daaruit volgt dat de registreerde drukval over het roetfilter oploopt tot 306 mbar bij circa 4000 toeren. Op dat moment schakelt de motorregeleenheid over op de noodloop en worden voornoemde twee foutcodes gezet.

afbeelding1-3

Afbeelding 1

Een afwijkende druksensor?
Om zeker te weten dat de differentiaaldruksensor de juiste waarde aangeeft, controleren we deze door met een handpompje druk op de sensor te zetten en met een aparte drukmeter vast te stellen of de geregistreerde drukwaarde in de motorregeleenheid gelijk is aan de afgelezen drukwaarde op de drukmeter. Dit is over het gehele bereik het geval dus we stellen vast dat de drukmeter  correct functioneert.

Een verstopt roetfilter?
Het garagebedrijf stuurt het roetfilter op voor een reiniging. Het reinigingsbedrijf geeft aan dat het roetfilter verstopt is en dat deze niet meer gereinigd kan worden. Er wordt een nieuw roetfilter gemonteerd. Bij een proefrit schiet de Ford echter wederom op eenzelfde manier in de noodloop als voor het vervangen van het roetfilter.

En de volgende stap?
We voeren nog enkele andere voor de hand liggende controles uit zoals controle van manipulatie van de software in de  motorregeleenheid. Omdat daar geen oorzaak voor de storing in wordt gevonden besluiten we een opname te maken van het drukbeeld van de cilinder. Hiervoor vervangen we een gloeibougie door een druksonde, waarmee we de druk in de cilinders tijdens de inlaat-, compressie-, arbeids- en uitlaatslag meten.

afbeelding2-2

Afbeelding 2

In afbeelding 2 staat 0,04 seconden weergegeven van zo'n druk-opname bij 3000 toeren waarbij de 4 slagen aangegeven staan en op de verticale as de relatieve druk in bar. Wat opvalt bij deze drukopname is dat de relatieve druk op het einde van de uitlaatslag circa 1.7 bar is. Dit is een afwijkende situatie; in de uitlaatslag gaan de uitlaatkleppen open en "ademt" de cilinder uitlaatgassen "uit" de uitlaat in. De druk in de uitlaatslag moet nagenoeg gelijk zijn aan de omgevingsdruk, uitgedrukt als relatieve druk is dit circa 0 bar. In deze motor loopt de druk in de uitlaatslag op naar 1,7 bar relatief, dus 2.7 bar absoluut.

Terwijl wij ons verdiepen in de meetresultaten om een verklaring te vinden voor de oplopende druk in de uitlaatslag besluit het garagebedrijf de cilinderkop te laten nakijken door een revisiebedrijf. Die komen tot de conclusie dat deze in orde is. Ondertussen hebben wij op basis van de meetresultaten vastgesteld dat er toch echt iets mis gaat met de timing. In overleg met het garagebedrijf wordt een nieuwe nokkenas besteld. Als die arriveert is de oorzaak van de storing meteen helder: enkele nokken zijn verdraaid op de nokkenas (zie afbeelding 3).

afbeelding3-3

Afbeelding 3

En de relatie met de distributieriemvervanging en het verstopte roetfilter?
Zeer waarschijnlijk zat het roetfilter voor de distributieriem vervanging al grotendeels verstopt als gevolg van een slechte verbranding door verdraaide nokken op de nokkenas. Dit en de storing bij forse belasting met een noodloop tot gevolg is waarschijnlijk nooit opgemerkt door de berijder omdat deze altijd laagtoerig met de auto rijdt en dus nooit in het "forse belastingsgebied" komt. Na het vervangen van de nokkenas en diverse proefritten gaat de Ford terug naar de eigenaar en kunnen wij met een voldaan gevoel een punt achter deze bijzonder interessante diagnose zetten! 

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!
www.autodiagnose.eu 

Lees meer...

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 11: diagnose van een roetfilterstoring bij een Ford Focus 1.6 TDCI ECO (bouwjaar 2012)

Leverancier blijft vasthouden aan z'n eigen gelijk.......!!!

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een roetfilterstoring in een Ford Focus 1.6 TDCI ECO (motorcode NGDA/NGDB) van bouwjaar 2012. Dit voertuig heeft een storing op het roetfilter, dat al voor de tweede keer is vervangen. 

In de motorregeleenheid diesel EDC17C10 5.21 staan de volgende storingen:
* P246300 Roetgehalte roetfilter roetmassa te groot
* P246C00 Reductie motorkoppel door dieselroetfilter gedwongen vermogensbeperking
* P244C Katalysatortemperatuur te laag tijdens regeneratie

Bij een visuele inspectie van de motor komt naar voren dat de uitlaatklem die de turbo met het roetfilter verbindt extreem verkleurd en zelfs losgeschoten is. Het gevolg van het extreem oplopen van druk en temperatuur als gevolg van een obstructie in het  roetfilter. Allereerst wordt een nieuw roetfilter geplaatst omdat het gemonteerde roetfilter verstopt is.
<---------------------------->
Dit roetfiltersysteem is in tegenstelling tot de gebruikelijke roetfiltersystemen uitgerust met een brandstofverdamper. In afbeelding 1 staat een schematische weergave van het roetfiltersysteem. Als de uitlaatgastemperatuur (temperatuuropnemer E1) circa 250 graden Celcius is start de motorregeleenheid met de injectie van diesel via de verwarmde brandstofverdamper (rode gedeelte in afbeelding 1). De geïnjecteerde diesel wordt katalytisch verbrand in de katalysator (geel in afbeelding 1). Na de katalytische  verbranding is de temperatuur van het gasmengsel bij het verlaten van de katalysator circa 600 graden Celcius. Deze temperatuur wordt gemeten met temperatuuropnemer E2 . Het gasmengsel van 600 graden Celcius gaat door de roetzeef (blauw in afbeelding
1) en verbrandt het aanwezige roet tot as. Het as heeft een dusdanig kleine deeltjesgrootte dat het de roetzeef verlaat met de uitlaatgasstroom.
<----------------------------->
Asim-afbeelding1-3

Afbeelding 1

Na montage van het nieuwe roetfilter van dezelfde leverancier wordt een geforceerde regeneratie uitgevoerd. Daarbij is de spanning van de beide temperatuursensoren (afbeelding 1, E1 en E2) gemeten en is de aansturing van de brandstofverdamper (rood in
afbeelding 1) gemeten. Deze meting is weergegeven in afbeelding 2. De groene lijn is de spanning van temperatuursensor
E1. De blauwe lijn is de spanning van temperatuursensor E2. Op het moment dat er diesel ingespoten wordt via de  brandstofverdamper (rood blok tussen 16:12.7 en 19:53.5) zou de temperatuur van temperatuursensor E2 moeten stijgen. Dit zou
zichtbaar moeten zijn als een daling van de spanning (blauwe lijn in afbeelding 2) van circa 4.5 Volt (250C) naar circa 1.2 Volt (600C). In afbeelding 2 is te zien dat de daling 4.2 Volt (circa 300C) is. Tijdens deze regeneratie staakt de motorregeleenheid de regeneratie na een brandstofinjectie met de storing "P244C Katalysatortemperatuur te laag tijdens regeneratie". 

Asim-afbeelding2-1

Afbeelding 2

Een terechte storing, de temperatuur van temperatuursensor 2 is immers te laag bij regeneratie namelijk 300 graden Celcius en geen 600. Het onvoldoende oplopen van de temperatuur van het gasmengsel na het verlaten van de katalysator worden meestal veroorzaakt door een slecht functionerende katalysator of een tekort aan brandstofaanbod voor de katalytische verbranding. Een waar rookgordijn van onverbrande diesel op de A. Plesmanlaan in Kolham onderbouwt de verklaring van een slecht functionerende katalysator. Een visuele inspectie van de katalysator met een endoscoop brengt een gat (!) in het katalysatorgedeelte van het roetfilter naar voren (zie afbeelding 3).

Asim-afbeelding3

Afbeelding 3

Dit verklaart meteen de lage temperatuur en de onverbrande diesel in de uitlaatgassen.
Door dit gat wordt de geïnjecteerde diesel onvoldoende door de katalysator geleid en treedt er nauwelijks een katalytische verbranding op. Op basis van die bevindingen hebben we geadviseerd om een origineel roetfilter te monteren. Na montage, is er nogmaals een regeneratie uitgevoerd waarbij de spanning van de beide temperatuursensoren en de aansturing van de brandstof-verdamper gemeten is. Deze meting staat in afbeelding 4. Hierin is te zien dat er tijdens de regeneratie meerdere brandstofinjecties
(gele blokpulsen in afbeelding 4) uitgevoerd worden en dat de temperatuur gemeten met temperatuursensor E2 oploopt tot meer dan 600 graden (daling van de spanning van 5V naar 0.7V, blauwe lijn in afbeelding 4). De storing is dus verholpen door de montage van een origineel roetfilter. 

Asim-afbeelding4

Afbeelding 4

Reactie van de leverancier
Ontzettend kwalijk in dit verhaal is de reactie van de leverancier van het imitatie-filter. Die blijft bij hoog en laag volhouden dat het niet aan zijn filter ligt en dat gat is heel normaal, ook al heeft het originele filter dit niet. Het overleggen van ons diagnoserapport en een Ford die al wekenlang storingsvrij met een origineel filter rond rijdt, overtuigen hem evenmin......(sic).

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!

Lees meer...

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 10: diagnose van een Volkswagen Caddy 1.6 TDI (motorcode CAYD) bouwjaar 2011

Na montage van de verstuiver loopt 'ie nog steeds op 3 poten!

In deze column nemen wij u graag mee tijdens de diagnose van een Volkswagen Caddy 1.6 TDI (motorcode CAYD) van bouwjaar  2011. De eigenaar, een zuiderbuur, is gestrand in Groningen met een dieselmotor die nog maar op 3 van de 4 cilinders draait. Het garagebedrijf vermoedt een defecte verstuiver. Deze wordt vervangen door een gebruikte verstuiver waarbij het aanleverende bedrijf aangeeft dat deze getest en in orde bevonden is. Na montage van de verstuiver draait de motor nog steeds op 3 van de 4 cilinders. Het garagebedrijf besluit na wat controles de motorregeleenheid op te sturen naar een reparatiebedrijf omdat ze vermoeden dat  deze mogelijk defect is. Deze wordt retour gestuurd met als conclusie dat de klacht niet aangetroffen is. Nadat de  motorregeleenheid is ingebouwd slaat de Caddy helemaal niet meer aan. Daarna wordt de Caddy bij ons aangeboden voor onderzoek.

We beginnen dit onderzoek met het noteren van alle aanwezige foutmeldingen om deze vervolgens te wissen. Omdat de accu bij aanlevering leeg was, waren er veel onderspanningsmeldingen opgeslagen. Nadat alle foutmeldingen gewist zijn starten we de motor, die uiteraard, niet aanslaat. Als we het foutgeheugen van de motorregeleenheid, de EDC Simos PCR2, bevragen dan staan daar de volgende meldingen in: => P008700 Druk brandstofrail druk te laag; => P00C600 Brandstofhogedruk minimale druk niet bereikt.

afbeelding1

Afbeelding 1

Als we tijdens het starten de meetwaarden monitoren dan valt op dat de brandstofdruk tijdens het starten schommelt rondom de 30 bar. Omdat dit stukken lager is dan minimale druk om aan te slaan, meestal vanaf 250-300 bar, worden de verstuiveren niet aangestuurd. De foutmeldingen in de motorregeleenheid zijn dus terecht. De brandstofdruk is inderdaad te laag. De brandstof wordt op druk gebracht door de mechanische dieselpomp waarbij de druk geregeld wordt door 2 regelkleppen; een  brandstofhoeveelheidsregelklep (Y28.1 in afbeelding 1) en een hogedruk brandstofregelklep (Y9.2 in afbeelding 1). We besluiten te starten met een fysieke druk- en hoeveelheidsmeting waarbij we starten met het meten van de druk op de uitgang van de pomp op startmotortoerental. 

afbeelding2

Afbeelding 2

Het voordeel van deze meting is dat we zonder demontage van de hogedruk dieselpomp een beeld kunnen krijgen van de toestand van pomp. De meetopstelling staat weergegeven in afbeelding 2. Met de kast bij pijl 1 meten de we brandstofdruk en met de kast bij pijl 2 meten we de brandstofflow. Het resultaat van deze meting staat weergegeven in afbeelding 3.

afbeelding3

Afbeelding 3

Als we de motor starten ("STARTMOTOR AAN" in afb.3) dan is de brandstofdruk circa 25 bar (rode lijn) en de flow (blauwe lijn) ongeveer 110 ml/min. Tijdens het starten brengen we vervolgens een drukrestrictie aan van 250 bar – de pomp heeft dan geen vrije uitloop meer maar moet door een restrictie van 250 bar heen persen – ("DRUKRESTRICTIE AAN" in afb. 3). Daar zien we dat de pomp binnen circa anderhalve seconde de druk opbouwt tot 250 bar waarbij de flow circa 110 ml/min is. Dit betekent dat de pomp en tot op zekere hoogte de brandstofhoeveelheidsregeklep in orde is. Er is in ieder geval voldoende druk en flow om de motor te laten aanslaan. We herhalen deze meting bij de uitgang van verstuiver 1 op de rail (verstuiver 1 wordt dan afgekoppeld) en zien dan een totaal ander beeld (zie afbeelding 4). 

afbeelding4

Afbeelding 4

Tijdens het starten zonder drukrestrictie is de druk maximaal 30 bar rode lijn) en de flow (blauwe lijn) circa 40 ml/min ("STARTEN ZONDER DRUKRESTRICTIE" in afb.4). Met drukrestrictie ("STARTEN MET DRUKRESTRICTIE" in afb.4) is de druk circa 40 bar en
de flow nul. Op basis van afbeelding 3 kunnen we nu vaststellen dat er iets mis is met verstuiver 2, 3 of 4 of met de brandstofdrukregelklep (Y9.2 in afb.1). We herhalen deze metingen op uitgang van verstuiver 2, 3 en 4 op de rail. Als we de meting uitvoeren op de uitgang van verstuiver 3 dan is het beeld gelijk aan de meting uit afbeelding 3. Onze conclusie is dan ook dat er iets mis is met verstuiver 3 en laat dat nu net de verstuiver zijn die vervangen is door een gebruikte verstuiver waarvan het  aanleverende bedrijf heeft aangegeven dat deze getest was en in orde bevonden was. Ons reparatieadvies; vervang verstuiver 3.

Het enigszins verbaasde garagebedrijf; "Verstuiver 3 was toch getest en goed volgens het aanleverende bedrijf?", volgt ons  reparatieadvies op waarna de 1.6 TDI weer snorrend terug kon naar België! 

Heeft u een voertuig met een storing die onoplosbaar lijkt omdat verschillende pogingen om deze te verhelpen gestrand zijn, neem dan contact met ons op!

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Columnisten Pro

Autodiagnose.eu

april 24, 2022

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 22: Diagnose van een Toyota FJ Cruiser van bouwjaar 2007 Onregelmatige hartslag.... ...

DE NIEUWE WET FRANCHISE

november 15, 2021

DE NIEUWE WET FRANCHISE

In veel branches komt franchising voor. Zo ook in de autobranche. Franchiseorganisaties cr...

Autodiagnose.eu

november 15, 2021

Autodiagnose.eu

Praktijkgeval 21: Diagnose van een Mercedes-Benz E200 van bouwjaar 2006Adem in, adem uit...............

AUTODIAGNOSE.EU

juli 07, 2021

AUTODIAGNOSE.EU

Praktijkgeval 20: Diagnose van een Mazda MX5 met motorcode B6D van bouwjaar 2001 Een simpel systeem...

Nieuwe wetgeving tegen tellerfraude

juli 07, 2021

Nieuwe wetgeving tegen tellerfraude

Het is iets waar elke ondernemer in de autobranche vast wel eens tegen aan is gelopen: een auto...

Gevaccineerd en nu?

maart 16, 2021

Gevaccineerd en nu?

Wie gevaccineerd is met een coronavaccin, kan toch nog Corona krijgen.. Een verpleger in Amerik...